Kind van een narcist

3 mei 2017

door Sandra van Scheijndel

Toen ik net in de verslavingszorg werkte, werd er een kliniek geopend die speciaal bedoeld was voor verslaafde moeders en hun kinderen. Het idee daarachter was dat de relatie tussen moeder en kind niet nog meer onder druk werd gezet door de opname (en afwezigheid) van moeder, maar ook om de kinderen te betrekken in de behandeling en ze handvatten mee te geven. Kinderen van verslaafde moeders hebben zelf meer kans om later verslaafd te raken of om andere psychische klachten te ontwikkelen, en dit programma daar zou daar hopelijk preventief op werken.

                               

Ook toen ik later bij een Riagg werkte, waren er speciale praatgroepen voor (soms al volwassen) kinderen van psychiatrische patiënten. Een groep die echter vaak buiten beeld blijft, zijn kinderen met een narcistische ouder. De reden daarvoor is vrij simpel: de meeste narcisten vinden dat zij zelf geen probleem hebben, maar dat de buitenwereld het probleem is. Daarom zullen zij zich niet snel aanmelden voor therapie, en zullen hun kinderen meestal ook buiten beeld blijven.

Even een pas op de plaats: wat is narcisme eigenlijk?
Narcisme valt onder de persoonlijkheidsstoornissen. Een persoonlijkheidsstoornis is een diepgeworteld patroon van gedrag, gevoel en gedachten dat afwijkt van de norm binnen de cultuur van die persoon. Het patroon bestaat vanaf de jeugd of vroege volwassenheid en is in meerdere levensgebieden aanwezig.
De narcist wordt gekenmerkt door grootheidsgevoelens, behoefte aan bewondering en een gebrek aan empathie. De wereld draait om de narcist, en om niemand anders. Ze hebben hoge verwachtingen: ze vinden dat ze een speciale behandeling verdienen omdat zij zichzelf heel speciaal vinden, en kunnen woedend worden als zij daarin teleurgesteld worden. Narcisten gedragen zich vaak arrogant en afgunstig, maar kunnen ook heel charmant zijn. Helaas is dat vaak alleen om iets te bereiken.

Als een narcist een kind krijgt, worden daar ook enorme verwachtingen op geprojecteerd. Dat kind moet de mooiste, de snelste én de slimste zijn. Meestal blijkt natuurlijk al snel dat het kind totaal niet aan al die verwachtingen kan voldoen, en raakt de ouder teleurgesteld en zal dat meestal ook duidelijk laten merken. Als kind van een narcist leer je dus al heel jong om op je tenen te lopen omdat de genegenheid van die ouder niet vanzelfsprekend is. Je krijgt (misschien) een compliment als je een keer iets heel goeds hebt gedaan, maar o wee als het de volgende keer wat minder is, dan krijg je de wind van voren.
Geen wonder dat deze kinderen vaak een heel negatief of instabiel zelfbeeld hebben. Ze laten dit, ook in hun volwassen leven, teveel afhangen van de goedkeuring van anderen en maken zich daarmee erg afhankelijk van hun omgeving. Ze zijn gewend om de schuld te krijgen van problemen (aan de narcistische ouder kan het immers niet liggen?) en zullen zich dan vaak ook buitensporig verantwoordelijk voelen voor alles wat er misgaat in het leven. Ze zijn extreem gevoelig voor afwijzing en hebben veel last van een zeer negatieve innerlijke criticus die op alles wat ze doen commentaar geeft. Het zijn vaak harde werkers (dat zijn ze al van jongs af aan gewend, om zich te bewijzen) maar lopen ook het risico om zichzelf compleet voorbij te lopen en overspannen te raken. Vaak zijn mensen al lang volwassen voordat ze zien dat het vroeger thuis eigenlijk niet zo was als het zou moeten, soms realiseren mensen het zich pas als ze zelf kinderen krijgen.

In onze praktijk zien we regelmatig volwassenen die nog steeds de littekens dragen van de opvoeding door een narcistische ouder. Gelukkig blijkt het vaak mogelijk om met therapie een positiever zelfbeeld te ontwikkelen en meer stabiliteit in het leven te krijgen.

Heb je een vraag over dit onderwerp of wil je reageren? Dat kan hieronder! (NB je mailadres wordt niet getoond) Je kunt natuurlijk ook een mailtje sturen.

Eerdere blogs lezen? Bijvoorbeeld over negatief zelfbeeld? Klik hier voor een volledig blogoverzicht
 

Meer artikelen

Reacties

Wim Drost, 10 mei 2017 - Hey Sandra,
Tijdje geleden dat ik een blog van je heb mogen lezen. Ik hoop dat je me mijn late reactie vergeeft.
Je blog zet me weer aan het denken. Wat een rare wereld is het eigenlijk niet? We leven in een sociale context waarin we elkaar of beschadigen of bevredigen. Ik vind het eigenlijk vreemd dat na al die duizenden jaren leren en overdragen als soort, het altruisme de norm niet is geworden. Bijzonder ook dat in dat narcisme kennelijk geen actie besloten ligt, dat het glorieuze zelfbeeld samenhangt met het zijn en niet zozeer het handelen. Kennelijk hoef je jezelf niet als superpapa te gedragen om van jezelf het beeld te hebben dat je een superpapa bent. Maar misschien hangt dat ook wel samen met het door jou beschreven gebrek aan empathie. Ook vroeg ik me af of ook de tegenhanger van narcisme, een extreem laag zelfbeeld, misschien net zulke ingrijpende effecten heeft op de naasten van de betrokkenen. Zoveel redenen te meer om toch nog maar eens extra tegen een ander te zeggen dat ik blij ben dat ik ze ken.
Je mag er zijn San. En je blog zeker ook.
Wim